L3

Het talig wezen:
Opstellen aangeboden aan Professor dr. Louis Gillet

Redactie: Fr. van Elmbt, Ph. Hiligsmann
222 pages
1997
ISBN 2-87233-019-4
€ 25

Geboren op 22 september 1931 is Louis Gillet op 22 september 1996 vijfenzestig geworden en vrijwel gelijktijdig heeft hij afscheid genomen als hoogleraar in de moderne Nederlandse letterkunde aan de Luikse universiteit. Bij deze gelegenheid besloten zijn collega’s, (oud-)medewerkers en vrienden hem een bundel opstellen aan te bieden, die, naar wij hopen, de veelzijdigheid onderstreept van een leven dat zowel aan het onderwijzen van een vreemde taal als aan de literatuur en/of literatuurwetenschap was gewijd. Hier zal hij dan ook een aantal auteurs en stellingen terugvinden die hem nauw aan het hart liggen. Zijn standpunt ook als pedagoog is altijd geweest dat taal de grondvereiste is van alle literaire aanpak. Een “wereld in woorden” kan slechts door een sterk taalbewuste lezer worden benaderd. Vandaar de titel van deze bundel, die op het literair kunstwerk en op de lezer slaat. Geen wonder dus dat hier literatuur en literatuuronderwijs, taal- en vertaalkunde door elkaar lopen. Er mocht o.i. inderdaad geen onderscheid worden gemaakt tussen louter literaire bijdragen en andere: elke categorisering of rubricering zou afbreuk hebben gedaan aan bovenvermelde instelling. Dit is dan ook de reden waarom de artikelen alfabetisch op de naam van de auteurs zijn gerangschikt. Dat de bundel alleen maar de XXe-eeuwse literatuur bestrijkt is te wijten aan het feit dat Louis Gillet zich zijn hele loopbaan lang hoofdzakelijk met die periode heeft beziggehouden. Hij had er per slot van rekening zijn hart aan verpand.

Inhoud

  • Woord vooraf
  • L. Gillet: Een levensschets
  • L. Gillet: Bibliografie
  • P. H. DUBOIS: De Brusselse jaren van Jan Greshoff
  • Fr. VAN ELMBT: Van Pascha tot Pascha
  • N. FRANK: Parlando-stijl, humor en vertelperspectief in Het uur U van Martinus Nijhoff
  • W. GOBBERS: “Modernisme” en “Avant-garde” als poéticale concepten, resp. literair-historische categoriën in en m.b.t. de Vlaamse fin de siècle- en avant-gardeliteratuur van De Mont tot Van Ostaijen
  • P. HADERMANN: De Japanse feesten van Floris Jespers en Paul van Ostaijen
  • C. HENN: Het verdriet van België vertaald: referentiële verschuivingen
  • R. HENRARD: Enkele beschouwingen over het vooruitgangsbegrip
  • Ph. HILIGSMANN: Literatuur (laten) lezen in het onderwijs aan M.O.-leerders van het Nederlands als vreemde taal
  • G. JANSSENS: De combinatie van woord en beeld in strips: consequenties voor de verhaalinterpretatie
  • M. JANSSENS: Met het meervoudige ik buiten de canon
  • M. J. G. DE JONG: “Iets bangs vervolgde ons beiden”: Ed. Hoornik en Gerrit Achterberg
  • E. LEIJNSE: “Als een boek artistiek goed is, dan hebben de leuterlui er verder niets mee van doen”. Over verschillen tussen de twee Pijpelijntjes
  • Chr. LEVECQ: Uitwassen en lege plekken: een postmoderne visie op geschiedenis in Zuidland (1990) van P. F. Thomèse
  • L. RENDERS: Europa en Afrika. Een analyse van Afskeid en Vertrek van Karel Schoeman met bijzondere aandacht voor het Europese verwijzingsraamwerk
  • S. THEISSEN en L. GEHLEN: Vlaamse afwijkingen van de standaardtaal bij enkele hedendaagse Vlaamse schrijvers
  • G. VIS: Schone letteren. Over een kalligrafisch gedicht van J. Greshoff
  • J. WEISGERBER: Hugo Claus en de wereldliteratuur

Back to L3 books